0
0
Vóór 17 uur besteld: dezelfde werkdag verzonden
Persoonlijke aandacht | Fijne service
De nieuwste producten | Aantrekkelijke prijzen

Door MobiLED, 20 juni 2025

ECE richtlijnen uitgelegd deel 2

In onze vorige blog hebben we uitgelegd wat de onderdelen zijn van de ECE R148 richtlijn. Één van die onderdelen is lichtintensiteit en -verdeling. ECE R148 zegt dat verlichting voldoende licht moet geven zonder andere weggebruikers te verblinden. Maar wat betekent voldoende licht? En wanneer hebben andere weggebruikers daar dan last van? Daar gaat deze blog over.

Om te zorgen dat een lamp voldoende licht geeft zijn er in ECE R148 normen voor de minimale lichtsterkte vastgelegd. En om geen overlast te geven voor medeweggebruikers is er ook een norm voor de maximale lichtsterkte bepaald. Dit staat per lampsoort beschreven. 

Lichtsterkte geeft aan hoeveel licht een lichtbron uitstraalt in een bepaalde richting. De lichtsterkte wordt in CD aangegeven dat is een afkorting voor candela.

Eén candela komt ongeveer overeen met de lichtsterkte van een gewone kaars op één meter afstand en staat ook gelijk aan één lumen, zoals bij de artikelen op onze website wordt vermeld.

Deze eisen stelt ECE R148 aan de volgende verlichtingsoorten:

Dagrijverlichting
De minimale lichtsterkte voor dagrijverlichting is 400 CD. Dat is vergelijkbaar met een helder LED-kerstlampje. Die is niet verblindend maar goed zichtbaar in het donker. Maximaal mag de lichtsterkte 1200 CD zijn en de kleur van het licht moet wit zijn.
 
Remlichten
Remlichten moeten rood licht stralen. De remlichten achterop het voertuig dienen een minimale lichtsterkte van 60 CD te hebben. Als het remlicht achter de achterruit zit (derde remlicht) moet dat minimaal 25 CD uitstralen van buiten het voertuig gemeten.
Het verschil in de lichtsterkte tussen het derde remlicht en de andere twee remlichten achterop het voertuig, zit 'm in de plaatsing. Het derde remlicht staat hoger op het voertuig en zit dus dichter bij de ogen van de achterligger. Het hoeft minder fel te branden om verblinding van de achterligger te voorkomen.

Richtingaanwijzers
Richtingaanwijzers zitten aan de voorkant en aan de achterkant van een voertuig en moeten amber licht uitstralen. De normen voor lichtsterkte zijn anders per voertuigzijde.
Ook wordt er onderscheid gemaakt tussen de lichtsterkte van richtingaanwijzers op voertuigen en op aanhangers. Het idee hierachter is dat een aanhanger geen fel knipperlicht nodig heeft omdat het trekkende voertuig al felle knipperlichten heeft. Alleen als je achter een aanhanger rijdt, is het wel fijn om te zien dat hij af wil slaan. Dus op de aanhanger moeten ook richtingaanwijzers zitten. Om de accu van het trekkende voertuig minder te belasten is de minimale lichtsterkte voor een aanhangerknipperlicht lager (50 CD) dan voor het trekkende voertuig (175 CD). De maximale lichtsterkte varieert van 280 tot 500 CD voor aanhangers en van 1000 tot 1200 CD voor personenwagens en vrachtwagens. 
Een speciale eis is dat er een waarschuwingssignaal geactiveerd moet worden als een richtingaanwijzer uitvalt (bijv. sneller klikken).
 
Markeerverlichting
Ook voor de markeerverlichting geldt dat ze op meer dan één zijde van het voertuig zitten: zijkant of achterkant. Hierdoor varieert de lichtsterkte tussen minimaal 4,0 CD en maximaal 25 CD.
De kleur voor zijmarkering moet amber zijn. Markeringslampen aan de achterkant moeten rood zijn (gecombineerd met het achterlicht).
 
Achteruitrijlichten
Achteruitrijlichten moeten wit licht uitstralen met een minimale lichtsterkte van 80 CD. Afhankelijk van de lichtspreidingshoek van de lamp is de maximale lichtsterkte tussen de 300 en de  8000 CD. 
 
Mistachterlichten
De verplichte kleur van een mistachterlicht is rood. De minimale lichtsterkte is 150 CD en maximaal 300 CD voor de standaard mistachterlichten en maximaal 840 CD voor de adaptieve mistachterlichten (die kunnen feller branden bij hard remmen in de mist).
 
Tot zover de lichtsterktes. Maar overlast voor medeweggebruikers kan ook worden veroorzaakt door verkeerde montage van de lampen. Daarom staan er in ECE R148 ook normen voor de installatie en afstelling van verlichting. Maar dat is een heel ander technisch verhaal. Zie daarvoor de website van de EU.
 
Disclaimer: We hebben geprobeerd om de richtlijn R148 in begrijpelijk Nederlands uit te leggen door de tekst te verkorten en aan te passen. De blog is daardoor niet volledig. Ook kunnen er in tussentijd wijzigingen aangebracht zijn in de wetgeving. Daarom kan aan deze tekst geen rechten worden ontleend.
 
 
Vergelijk 0

Voeg nog een product toe (max. 5)

Start vergelijking